Bereiding

1. Doe de bloem in een mengkom. Breek de gist en strooi over de bloem. Giet er nu het water bij en meng goed. Voeg het zout toe. Kneed het verder tot een soepel deeg. Eenmaal de ingrediënten gemengd zijn en het deeg zich begint te vormen kan je eventueel de boter nog toevoegen.
2. Bol het deeg op en laat 30 minuten afgedekt rijzen onder een keukenhanddoek op een warme plaats.
3. Verdeel het deeg in stukjes van 50 g. Bol op, dek ze af met een keukenhanddoek en laat 10 minuten rusten.
4. Duw de bollen plat met je vlakke hand. Duw ieder stuk deeg tot een vierkant en plooi de hoeken om naar het midden van het deeg. Draai het nu om zodat de vouwen onderaan komen te liggen. Leg je hand rond de bol deeg en duw terwijl je je hand ronddraait de zijkanten naar onderen toe. Hef je handen niet op, ze moeten steeds contact houden met het werkblad. Maak de bolletjes langwerpig.
5. Vet de mini bakvormen in met wat boter. Leg de deegbollen er in, dek af met een keukenhanddoek en laat 60 minuten rijzen.
6. Verwarm je oven voor op 220°C. Zet de bakvormen op een bakplaat en schuif in de oven. Bak de broodjes af gedurende 20 minuten. Haal ze uit de oven, ontvorm ze en laat verder uitdampen op een rooster.